Over Cappella Gabrieli
In 1986 richtte Maarten Michielsen de Stichting Koorprojecten Rotterdam (SKPR) op. Het idee om eerst een programma te bedenken, vervolgens een bijpassend koor samenstellen en dit programma dan in korte tijd uit te werken en uit te voeren, was toen nog niet wijdverbreid; Koorproject Rotterdam was het eerste koor in Nederland dat zo werkte. Vanaf het begin nodigde hij regelmatig specialisten uit die zijn koor verder konden brengen. Marius van Altena, Uwe Gronostay, Andrew Parrott, David Wulstan, Frans Moonen, Harry van der Kamp en Jan Bogaarts en Ton Koopman werkten niet alleen met veel kennis van zaken, maar ook met groot enthousiasme met het koor.
De Rotterdamse koorprojecten leverden vier cd’s op, met onder meer muziek van Palestrina, Purcell (Dido and Aeneas) en de familie Bach. Het tienjarig bestaan werd gevierd met een Monteverdi-dag waarop, naast muziek van Carissimi, de Missa in illo Tempore en de Maria Vespers klonken.
Na dertien jaar in projectvorm gewerkt te hebben, groeide de behoefte om op regelmatige basis met een vaste groep te werken aan een gemeenschappelijke klank en een veeleisend, voornamelijk polyfoon repertoire. Om die reden is Cappella Gabrieli opgezet: een wekelijks repeterend kernkoor van ervaren zangers dat wordt uitgebreid als de muziek erom vraagt.
In 2000 gaf het koor zijn eerste concert onder de nieuwe naam. Daarna volgden programma’s met muziek uit renaissance en barok, maar ook met twintigste-eeuwse stukken. Cappella Gabrieli zong onder meer werk van Palestrina (Canticum Canticorum), Heinrich Schütz (Musikalische Exequien), Johann Sebastian Bach (Hohe Messe, vierde Lutherse mis, Magnificat), cantates (Buxtehude, Bach, Telemann), Gesualdo en Lassus (Lagrime di San Pietro), maar ook ouder (Machaut) en moderner werk (Distler, Britten, Schönberg, Hindemith, Milhaud, Stravinsky).
In 2005 werden oude en nieuwe muziek zelfs versmolten toen Cappella Gabrieli bij het Internationaal Korenfestival Arnhem de voltooide Cantiones Sacrae van Don Carlo Gesualdo da Venosa in première bracht. Van de motetten, gedrukt in 1603, zijn twee partijboeken verloren gegaan: de tweede sopraan en de bas. In opdracht van Cappella Gabrieli componeerden drie Nederlandse componisten, Theo Verbey, Henri Broeren en Joop Voorn de ontbrekende stemmen. Een aantal van deze motetten zijn te beluisteren op de site http://www.cappellagabrieli.nl. De partituren hiervan zijn gratis verkrijgbaar op de site van Choral Public Domain Library.
Speciale vermelding verdienen ook de overige de werken die Joop Voorn voor Cappella Gabrieli schreef. Na de voltooiing van de Gesualdo-motetten volgde een prachtige cantate voor 6-stemmig koor, 2 solisten en klein ensemble op teksten van Rilke. Daarna een groot-bezet, meerdelig requiem, Schweigsamer Tod; een lange muzikale overdenking over de dood op wereldlijke teksten van o.a. Rilke, Hölderlin, Heine en Hesse. Vorig jaar nog bracht Cappella Gabrieli drie prachtige Petrarca-madrigalen van Voorn in première.
In haar 30-ste seizoen neemt Cappella Gabrieli u graag mee terug naar een van haar oude favorieten, de Maria Vespers van Claudio Monteverdi.